
Soms word ik er helemaal gek van: de gedachten die maar door m’n hoofd razen. Problemen en hoe ik die zou moeten oplossen, wat ik allemaal zou moeten/willen veranderen, ideeën, lijstjes, niet-vergeten-te-doen, de dingen die op de agenda staan, etc. Het lijkt nooit op te houden, mijn hoofd is nooit stil. Inmiddels heb ik wel een aantal dingen die helpen om er minder last van te hebben.
Uit je hoofd, op papier
Eén van de dingen die mij het best helpt, is om dingen op te schrijven. Ik ben van een digitale agenda weer naar een papieren planner gegaan, zodat ik meer overzicht heb. Vind ik superfijn. En het grappige is dat ik de dingen die ik opschrijf ook zonder moeite onthoud.
Ons hoofd is niet bedoeld om dingen te onthouden, maar om dingen te bedenken. Dus het onthouden moet je op een praktische manier doen, die bij jou past. Digitaal of op papier, dat maakt niet uit. Ik vind een kalender fijn, om elke ochtend even te zien wat er bij de rest van het gezin speelt. Mijn agenda gebruik ik voor mijn persoonlijke afspraken en taken, en mijn digitale agenda gebruik ik voor herinneringen (die mis ik in mijn papieren agenda).
Ik merk bij mezelf dat ik vaak verzuip in de hoeveelheid informatie die we tegenwoordig beschikbaar hebben. Het liefst wil ik álle boeken lezen over onderwerpen die ik interessant vind en via die boeken kom ik weer bij nieuwe onderwerpen uit. Het is nooit klaar en dat zorgt er vaak voor dat ik me erg onrustig voel. Dus tegenwoordig zet ik boeken die ik wil lezen op een ‘verlanglijstje’ in plaats van ze direct te bestellen of te reserveren. Al lukt dat niet altijd…
Gedachten zijn maar gedachten
Hoe negatief ze soms ook zijn en hoeveel last je er ook van kunt hebben: gedachten zijn nog steeds maar gedachten. Als je maar vaak genoeg hetzelfde denkt, lijkt het misschien wel de waarheid, maar dat is het niet. Terugkomend op het voorbeeld van boeken heb ik mezelf ‘aangepraat’ dat ik alle boeken “moet” lezen, omdat ik dan pas genoeg kennis heb. Maar op een helder moment besef ik vaak dat dit helemaal niet waar is.
Er zit veel waarde in het afstandelijk kunnen kijken naar je gedachten en beseffen dat het slechts gedachten zijn. Dat je er niet perse iets mee hoeft, en dat ze ook helemaal niet waar hoeven te zijn. Gedachten komen altijd voort uit informatie die je eerder hebt opgedaan: ervaringen uit het verleden, iets wat je gelezen hebt of iets wat voor een ander werkt. En dat betekent eigenlijk al dat je vanuit je gedachten altijd iets doet wat al bekend is, niet iets nieuws.
Verschillende categorieën gedachten
Je kunt als je je bewust wordt van je gedachten, je gedachten in categorieën onderdelen. Een paar die ik bij mezelf heb ontdekt, zijn deze:
- liedjes (ik heb een groot deel van de dag teksten van liedjes in m’n hoofd…)
- ideeën, toekomstplannen, geniale ingevingen
- teksten om te schrijven
- oordelen, over mezelf en ook wel over anderen
- herinneringen
- verwachtingen over de toekomst
- voorbereiding (bijvoorbeeld een gesprek dat ik ga voeren)
- conflicten (als ik iets doe wat ik eigenlijk niet zou ‘moeten’ doen van mezelf)
- gesprekken
Wat ik gemerkt heb, is dat het me helpt om deze categorieën te benoemen. Dus als ik me bewust word van wat voor soort gedachte het is, benoem ik dat. Ik merk dat ik daardoor minder meegezogen wordt in een heel verhaal, en dat zorgt voor minder onrust.
Hetzelfde werkt ook voor gevoelens, die kun je ook benoemen op het moment dat je ze voelt.
Stoppen met uitstellen
Een factor die vaak meespeelt bij razende gedachten is vinden dat ik iets moet of niet goed weten hoe ik iets kan aanpakken. Daar kan ik eindeloos over blijven nadenken of informatie blijven zoeken, op zoek naar dat ene gouden idee. Maar er zijn meestal tig verschillende manieren om iets aan te pakken en vaak kom je er gaandeweg wel achter of het goed uitpakt of niet.
Maar zolang ik niet begin, kom ik daar ook niet achter. Dus stoppen met uitstellen en bezig ben met plannen en ideeën, blijft het ook druk in mijn hoofd. Het helpt om dingen kleiner te maken en dan ‘simpelweg’ de eerste stap te zetten. In de praktijk zijn de dingen vaak helemaal niet zo ingewikkeld als in mijn hoofd en zijn er ook altijd wel weer mogelijkheden om dingen anders aan te pakken.
Actie is soms de beste manier om van een razende gedachten af te komen.
Mediteren of mindfulness
Hoe zweverig het misschien ook nog steeds klinkt, mediteren helpt. Als ik er de tijd voor neem, merk ik vaak echt dat er meer rust in mijn hoofd ontstaat. Niet elke keer, maar wel regelmatig. En wat ik eigenlijk nog veel belangrijker vindt, is dat het me helpt inzien hoeveel onzin er de hele dag in mijn hoofd rondgaat 🙂
Als ik de tijd neem om gedachten te observeren of met aandacht te zijn bij wat ik doe, merk ik dat ik de dingen vaak onnodig ingewikkeld maak. En dat is een besef dat me vaak helpt als ik gevoelsmatig ‘vast’ zit in een verkeerde gedachtespiraal.
Ik besef dan weer dat de dingen in de praktijk helemaal niet zo moeilijk zijn, als ik er maar gewoon aan begin. Ook merk ik dat het helpt om beter in te zien welke dingen wel of niet goed voor me zijn. Me daar vervolgens aan houden is dan nog een ander verhaal, maar het bewustzijn is de eerste stap.
Een leuk boek waarin duidelijk wordt dat mediteren echt niet zo ingewikkeld hoeft te zijn, is bijvoorbeeld ‘leven met wind mee’ van Jelle Hermus. Ook op zijn blog SoChicken schrijft hij regelmatig over mediteren.
Wat is jouw ultieme tip tegen razende gedachten?